Groeien - To grow
Infinitief | Infinitive |
te groeien | to grow |
Tegenwoordige tijd | Present |
ik groei | I grow |
jij groeit | you grow |
hij / zij / het groeit | he / she / it grows |
wij groeien | we grow |
jullie groeien | you grow |
zij groeien | they grow |
Tegenwoordig actieve tijd | Present continuous |
ik ben aan het groeien | I am growing |
Verleden tijd | Past |
Onvoltooid verleden tijd | Simple past |
ik groeide | I grew |
Voltooid tegenwoordige tijd | Present perfect tense |
ik ben gegroeid | I have grown |
| 2021 Harmen Schoonekamp | contact | Talennet | Webplattegrond |.
" Er komt een tijd dat mensen naar de geschiedenis kijken of een blik werpen op wat oude kranten en zich verbijsterd afvragen - Heeft zó'n wereld echt bestaan? -
A time will come when men will sit with history before them of some old newspapers before them and ask incredulously - Was there ever súch a world? -
"