Zwemmen - To swim
Infinitief | Infinitive |
te zwemmen | to swim |
Tegenwoordige tijd | Present |
ik zwem | I swim |
jij zwemt | you swim |
hij / zij / het zwemt | he / she / it swims |
wij zwemmen | we swim |
jullie zwemmen | you swim |
zij zwemmen | they swim |
Tegenwoordig actieve tijd | Present continuous |
ik ben aan het zwemmen | I am swimning |
Verleden tijd | Past |
Onvoltooid verleden tijd | Simple past |
ik zwom | I swam |
Voltooid tegenwoordige tijd |
Present perfect tense |
ik heb gezwommen | I have swum |
| 2021 Harmen Schoonekamp | contact | Talennet | Webplattegrond |.
"Een voorliefde voor traditie heeft nog nooit een natie verzwakt, voorwaar, het heeft juist naties gesterkt in tijden van nood.
A love for tradition has never weakened a nation, indeed it has strengthened nations in their hour of peril.
"